De Mondkapmeeuw

Op zondag 28 maart 2021 sprak ik in het radioprogramma Vroege Vogels de volgende column uit (hij is hier ook te beluisteren):

[Dit is de uitgeschreven tekst]

Bijna twaalf jaar geleden, op 3 mei 2009, sprak ik voor deze microfoon een column uit met de titel ‘De McFlurry Egel’. Ik citeer de eerste alinea: ‘Een van de weinige verslavingen die ik heb, is de McFlurry. Dat is een vanille-ijsje waar ze (nog meer) zoetigheid op strooien en er vervolgens doorheen draaien, M&M’s bijvoorbeeld. Heerlijk! Als ik in de buurt ben van een vestiging van de hamburgergigant die ze verkoopt, dan val ik er voor. Ik heb deze zwakte lang voor me gehouden, maar nu kom ik er mee naar buiten vanwege 2009, het Jaar van de Egel.’ 

Deze bekentenis kwam voort uit mijn zorg om egels die – op zoek naar restjes ijs – met hun kop vast kwamen te zitten in de taps toelopende plastic ‘kraag’ van achteloos weggeworpen McFlurry-verpakkingen. Ze verdronken verblind of verhongerden langzaam. Die column en het eerste officiële Nederlandse McFlurry-slachtoffer (uit 2007) dat we compleet met die ellendige ijsbeker op zijn kop in het Natuurhistorisch Museum Rotterdam exposeren, heeft veel mensen aan het denken gezet over de invloed van zwerfafval op het leven van dieren. De aandacht voor de dode egels leidde er zelfs toe dat McDonalds de opening in de vermaledijde plastic kraag verkleinde zodat er geen volwassen egelkoppen meer in passen. Helaas bemoeilijkte die aanpassing ook voor mensen het uitlepelen van ijs en trokken consumenten de kraag van de beker. Die losse kragen zagen we vervolgens terug op de koppen van stadsduiven. 

Gelukkig heb ik nu positief nieuws. Toen ik vorige week sinds lange tijd mijn ijshonger weer eens met een McFlurry® stilde, geloofde ik mijn ogen niet: de ijsbeker is compleet van karton en de kraag, die voorkomt dat de M&M’s bij het vermalen over de rand spetteren, is inklapbaar. Het is een sterk staaltje verpakkingsontwerp waardoor de McFlurry-egel na veertien jaar nu echt natuurhistorie is.

Nu deze ellende achter de rug is, dreigt er een nieuw afvalprobleem dat zijn weerga niet kent: de coronamondkapjes die in het milieu terechtkomen. Voortkomend uit hun project ‘Plastic Spotter’ waarbij ze samen met vrijwilligers vanuit kano’s drijfvuil uit de Leidse grachten vissen, publiceerden de biologen Auke-Florian Hiemstra en Liselotte Rambonnet afgelopen week het eerste wetenschappelijke wereldwijde overzicht van de invloed van COVID-19 afval op dierenleven. Ze documenteerden 28 gevallen (het topje van de ijsberg) waarbij vooral vogels maar ook krabben, honden, een vis, een vleermuis een aap en (jawel!) ook een egel in mondkapjes of latex handschoenen verstrikt raakten of dat zwerfafval opaten. 

In het Natuurhistorisch Museum Rotterdam hebben we inmiddels een zilvermeeuw met zijn poot verstrikt in het elastiek van een mondkapje. Hij neemt in de tentoonstelling ‘Dode dieren met een verhaal’ als de Mondkapmeeuw de prominente rol van de McFlurry-egel over, met dezelfde boodschap: gooi je rotzooi niet op straat!

De Mondkapmeeuw (zilvermeeuw), Rotterdam-Maasvlakte, 1 januari 2021 (collectie Natuurhistorisch Museum Rotterdam, NMR 9989-172803)
McFlurry-beker met (links) de in 2008 aangepaste opening (van 55 naar 35 mm) en de huidige aangepaste verpakking, zonder plastic ‘kraag’ (rechts).

Bronnen:

Hiemstra, A.-F., Rambonnet, L., Gravendeel, B. & Schilthuizen, M. 2021 – The effects of COVID-19 litter on animal life – Animal Biology: doi.org/10.1163/15707563-bja10052  

Kompanje, E.J.O. 2021 – Gevleugelde coronadoden [blog] – https://kompanje.org/2021/01/03/gevederde-coronadoden/

Moeliker, K. 2009 – De McFlurry Egel [column] – Vara’s Vroege Vogels https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/kees-moeliker-de-mcflurry-egel

De McFlurry Egel

Over de wonderlijke relatie tussen een ijsje, de egel en mijzelf sprak ik op 3 mei 2009 als ‘Columnist van de Week‘ in het Radio 1 programma Vroege Vogels de volgende tekst uit:

Een van de weinige verslavingen die ik heb, is de McFlurry. Dat is een vanille-ijsje waar ze (nog meer) zoetigheid op strooien en er vervolgens doorheen draaien, M&M’s bijvoorbeeld. Heerlijk! Als ik in de buurt ben van een vestiging van de hamburgergigant die ze verkoopt, dan val ik er voor. Ik heb deze zwakte lang voor me gehouden, maar nu kom ik er mee naar buiten vanwege 2009, het Jaar van de Egel.

Egels en McFlurry hebben namelijk al jarenlang een vertroebelde relatie. Dat heeft te maken met de voorliefde van egels voor melkproducten, en de karakteristieke McFlurry-verpakking: een kartonnen beker waarop een taps toelopende, witte plastic kraag wordt geplaatst. Daar waar McFlurry-liefhebbers en egels allebei voorkomen – bijvoorbeeld aan stadsranden of langs uitvalswegen – ontstonden problemen. Achteloos weggeworpen lege ijsbekers werden vele egels fataal. Op zoek naar restjes gesmolten ijs, bleven egels met hun stekels achter de plastic kraag van de beker steken. Ze konden er niet meer uit, bleven met de beker op hun kop rondlopen en stierven van de honger of liepen blind het water in en verdronken. De grove ontwerpfout is verklaarbaar, want McFlurry werd in Canada ontwikkeld. In Noord-Amerika komen geen egels voor.

Het eerste McFlurry-slachtoffer dat ik als conservator van het Natuurhistorisch Museum Rotterdam in handen kreeg (een volwassen mannetje), heb ik laten opzetten – compleet met de ijsbeker die hem fataal werd. Ik laat het ensemble (bijgenaamd de McFlurry Egel) wel eens aan museumbezoekers zien en zeg dan – op opvoedende toon – dat afval in de daartoe bestemde bakken hoort. Vooral kinderen zijn daarvan onder de indruk.

Ik heb mij sindsdien afgevraagd waarom het ijsje niet simpelweg zonder die domme, egeldodende kraag wordt aangeboden? Dat bleek onmogelijk, aldus de hamburgergigant. De plastic kraag voorkomt dat het ijs en het zoete strooigoed tijdens het machinale roeren over de rand van de beker spettert. Bovendien geeft de kraag het product zijn onmiskenbare uiterlijk. Toch heeft de machtige Britse egellobby er in 2006 voor gezorgd dat ‘na uitgebreid onderzoek en testen’ de doorsnede van de opening van de kraag is verkleind van 55 naar krap 35 millimeter. Een egel zou zijn kop er niet meer doorheen kunnen wurmen. In 2007 volgde Duitsland en vorig jaar is de egelvriendelijke McFurry-kraag eindelijk in Nederland in gebruik genomen. Jonge, kleine egels kunnen overigens nog steeds met gemak klem komen te zitten. Dat heb ik uitgeprobeerd met een dood, jong egeltje.

Is de aangedragen oplossing dan helemaal voor niets geweest? Nee, uit eigen ervaring weet ik dat de McFlurry vrijwel onmogelijk door de nieuwe, kleine opening leeg te lepelen is. Er rest niets anders dan het verwijderen van de kraag van de beker. Je ontneemt het ijsje wel zijn identiteit, maar daarmee is de egel zeker geholpen.

Mijn eerdere – inmiddels klassieke – Vroege Vogel columns zijn hier te lezen: ‘Red de schaamluis!’ (2 december 2007), Tel de huismus!‘ (3 februari 2008) en ‘Seksuele kwelling‘ (25 mei 2008).